‘Als je kinderen ongehinderd ziet spelen, werp je als volwassene een blik in een kunstzinnig proces van evenwicht scheppen. Je kijkt binnen in de gezondmakende krachten van het kind. Die toont het in beelden, dat maakt het zo bijzonder. Het kind draagt de gezondmakende krachten in zich, het beleeft ze in zijn beeldende fantasie en verwerkelijkt ze in zijn spelbeelden. Daardoor kan hij er een beetje naar kijken, ermee omgaan, ingrijpen, sturen. Spelbeelden zijn als kindertekeningen: beelden van een werkelijkheid. Maar dan voller, dynamischer, vergankelijker.’ (Edmond Schoorel “beeldschermbeelden, opvoeden in het digitale tijdperk”)
In de actief beeldende therapie wordt deze beeldentaal van het kind gebruikt om problemen te leren kennen en ermee om te gaan. Door tijdens de therapie nauwe aansluiting te zoeken bij de beelden van elk individueel kind, ontstaat een therapie op maat. De therapie is er niet rechtstreeks op gericht om gedragswijziging te bewerkstelligen. Zij pakt met name de oorzaken van de gesignaleerde problemen aan en richt zich zo nodig later in de therapie op gedragsveranderingen.
Om de hulpvraag helder te krijgen en voor behandeling maakt de actief beeldende therapie gebruik van beelden. In beelden kan het kind uitdrukken waar het hindernissen van ondervindt en waar het mee worstelt.